Emotionele intelligentie

Homilie Mgr. Karel Choennie
bij de viering van Witte Donderdag – 9 april 2020

Op Witte Donderdag gedenken wij de instelling van de eucharistie en het priesterschap. Het is ook een dag waarop de priesters gedenken dat zij samen met de bisschop een gedeeld priesterschap hebben in onderlinge verbondenheid. Het priesterambt brengt de priester in nauw contact met heftige emoties van mensen. Het is dan goed dat de priester zich wel bewust is van zijn eigen emoties wanneer hij anderen wil bijstaan.

Emotionele intelligentie (EQ) is het intelligent omgaan met emoties. De emotionele intelligentie is het vermogen om emoties van jezelf en van anderen waar te nemen, te interpreteren en te reguleren. Bij emotionele intelligentie hoort ook het vermogen om de emoties te gebruiken als leidraad bij het denken en handelen. Hoewel ik mij in het bijzonder tot priesters richt, zijn de volgende overwegingen goed te gebruiken voor alle leiders en ook in de gewone, onderlinge relaties.

Het werk daagt veel priesters uit om boven hun krachten te gaan om anderen te helpen. Je kunt dan overbelast raken zoals de profeet Elia (1 Kn19,4-14). Elia voelt zich depressief en eenzaam in zijn leiderschapsrol, het is hem allemaal teveel geworden. Vermoeid gaat hij onder een bremstruik liggen en verlangt te sterven.

Religieus leiderschap is heel erg complex en de verwachtingen van de gelovigen zijn hoog. Het voelt soms aan alsof er geen grenzen zijn en dat er steeds meer van de priester verwacht wordt. Uit de vorming hebben priesters geleerd om een heilige priester te zijn. Om mensen niet teleur te stellen kunnen priesters vaak geen neen zeggen. Veel priesters laten op gegeven moment in hun carrière weten dat ze wel theologisch goed opgeleid zijn, maar niet voorbereid op de emotionele belasting bij de uitoefening van hun werk als religieuze leider. Je kunt een briljante theoloog zijn of een uitstekende bijbelgeleerde, maar als je emotioneel niet intelligent bent, zal het werk moeilijk zijn.

Mensen zijn door God als emotionele wezens geschapen. Onze beslissingen worden verwerkt door een emotionele filter. Deze emotionele filter is een complexe combinatie van onze levenservaringen, kernwaarden en ons temperament. Sommige wetenschappers zeggen dat we meer door passie dan door het verstand worden gedreven. Zelfs wanneer we menen rationele beslissingen te nemen, zijn die beslissingen gegaan door de emotionele filter. Het is dus raadzaam dat we zowel de rationele intelligentie als de emotionele intelligentie ontwikkelen. De ontwikkeling van EQ is een levenslang proces, waardoor we emotioneel en spiritueel volwassen worden. In deze groei laten we onze kinderachtigheden achterwege (vg. 1 Kor 13,11).

Emotioneel zelfbewustzijn
In het evangelie van Mattheüs 7,3-5 leert Jezus ons eerst de balk uit ons oog te verwijderen, voordat we proberen de splinter uit het oog van onze broeder te halen. Zelfkennis is moeilijk, maar uiteindelijk de beste kennis. Ken uzelf! Echt inzicht in jouw leven begint bij echte kennis van jezelf. Deze tekst prijkte boven de tempel van Apollo. Klassieke Griekse filosofen waren overtuigd van het idee dat ware kennis over het leven start bij intensief zelfonderzoek. Sterker nog: ‘Een niet onderzocht leven is het niet waard geleefd te worden’. Met emotioneel zelfbewustzijn weten we wat onze emoties beïnvloedt in de omgang met anderen. We weten dan waarom er diep verborgen emoties zo intens naar boven kunnen komen en hoe wij die emoties op een gezonde manier kunnen uiten. Zonder het emotionele zelfbewustzijn kan ons oordeel troebel worden door de verborgen emotionele bagage en kan afbreuk doen aan ons spiritueel leiderschap.

Roeping
Bij priesterschap hoort het begrip roeping. Roeping is een heel speciaal fenomeen. Mensen die geroepen zijn, beschrijven dat gevoel als heel intens, constant, van boven- of buitenaf, dat oproept om anderen of een zaak permanent te dienen. God wil mij voor een heel specifieke taak gebruiken. Soms gaat het heel dramatisch zoals bij Jesaja en Paulus, maar het kan ook heel nuchter en gewoon zijn zoals de zending van de apostelen (Mt 28,19). Roeping is dus een heel bijzonder iets, maar we kunnen er ook door misleid worden, wanneer we denken dat ze martelaarschap van ons vraagt. Hoewel we niet denken dat we letterlijk martelaren moeten zijn, is de overtuiging toch dat we een leven moeten leiden van extreme opoffering. Het leven leert ons snel genoeg merken dat er altijd nog meer te doen is als we een taak hebben afgerond.

Existentiële schuld
Priesters hebben een gezond gevoel nodig om zich geheel en al te wijden aan het dienen van de ander. Er kunnen echter verborgen motieven uit ons verleden zijn waarom zij zich zo opstellen. Er kan een plichtsgevoel zijn vanuit een trauma uit de kinderjaren, die gevoelens van schuld oproepen en motiveren om anderen te helpen in een poging alsnog een schuld uit het verleden te vereffenen. Bijvoorbeeld: iemand verloor zijn moeder omdat die suïcide pleegde. Hij werd een religieus leider om anderen te redden. Pas veel later kwam hij tot de ontdekking dat het een compensatie was voor een schuldgevoel bij zichzelf, omdat hij als kind niet in staat was zijn moeder te redden. Het nam de motivatie om anderen te helpen niet weg, maar gaf hem een juist perspectief om anderen te helpen en zich te realiseren dat hij niet geroepen was iedereen te redden, maar dat het voldoende was zijn best te doen. Een ander werd zich ervan bewust dat zij in haar kinderjaren er ontzettend van genoot om door haar vader geprezen te worden wanneer ze iets goed deed en dat ze er ook ontzettend onder kon lijden wanneer hij haar berispte als ze iets fout deed. Dit maakte dat ze zich in haar religieuze leven altijd van haar beste kant wilde laten zien. Ze bleef zich boven haar krachten inzetten en als er ook maar iets mislukte, was ze volledig van de kaart.

Ego en hoogmoed
Veel religieuze leiders hebben eerlijk toegegeven dat ze moeite hebben om hun ego in bedwang te houden. We moeten hier een duidelijk onderscheid maken tussen ego en zelfverzekerd zijn. Het is absoluut nodig dat een priester een zelfverzekerd mens is om de emotionele en spirituele lasten inherent aan het werk te kunnen dragen. Ego daarentegen wordt omschreven als een kracht in onszelf die voortdurend belangrijk wil zijn, centraal wil staan en belangrijk geacht wil worden ten koste van anderen. De ego is onzeker, laat geen zelfkritiek toe en is overgevoelig voor kritiek van anderen. Ons ego slaat vaak over in hoogmoed. Priesters willen hun werk goed doen, zodat ze er trots op kunnen zijn. Wanneer zij echter gaan overdrijven, dan slaat ook het dienende werk over in zelfzucht en hoogmoed. Dit proces kan onze roeping en gezag ondermijnen. Als we dus geen emotioneel zelfbewustzijn hebben ontwikkeld, kunnen deze krachten vernietigend werken. Als we ons ego niet in toom houden, dan wordt dat onze grootste vijand.

Nederigheid
Nederigheid is het geneesmiddel voor de hoogmoed. In Spreuken 11,2 lezen we: ‘Hoogmoed leidt tot schande, wijsheid kenmerkt wie bescheiden is’. Jezus onderwees dat de eersten de laatsten, en de laatsten de eersten zullen zijn (Mt 20,16). Nederigheid laat ons het juiste midden zien van onze krachten en prestaties, en onze tekorten en mislukkingen. Nederigheid neemt de spanning weg die er bestaat tussen de voorbeeldige leider die we willen zijn en onze tekortkomingen. Zonder nederigheid kunnen wij geen emotionele intelligentie opbouwen. Thomas Merton schreef dat hoogmoed ons gekunsteld laat overkomen, terwijl nederigheid onze ware aard naar boven brengt. Nederigheid mag echter niet verward worden met onderdanigheid en minderwaardigheid. We moeten altijd onszelf blijven en authentiek zijn met onze goede en zwakke kanten. Kolossenzen 3,12 zegt: ‘Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u Zijn heiligen bent en Hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld’.

Perfectionisme
Perfectionisme is een kwalijke eigenschap in geestelijke leiders. Priesters willen allemaal excellente leiders zijn, omdat ze voortdurend eraan worden herinnerd dat ze een voorbeeld voor anderen moeten zijn. We gaan boven onze krachten, omdat we denken dat God dit van ons verwacht. We dienen ons ervan bewust te zijn dat alleen God perfect is (Mc 10,18).

Perfectionisme is gebaseerd op een vals dilemma, een dualistisch denken dat we goed of slecht zijn. Als we iets doen moet het helemaal perfect zijn of we doen het niet. We werken ons kapot om iets perfect te krijgen of we vervallen in een verlamming waarbij we niets ondernemen, omdat we bang zijn dat het zal mislukken. Perfectionisten maken zichzelf voortdurend verwijten: had ik het maar beter gedaan, had ik maar beter opgelet. Je komt perfectionisme tegen bij mensen die heel hard werken en bij mensen die totaal niets doen. Perfectionisten denken dat alles gedaan kan worden als ze maar meer hun best doen. Iets moet precies volgens de regels gedaan worden of anders niet. Perfectionisten hebben de kwalijke eigenschap dat ze hoge eisen stellen om hun doel te bereiken en als ze die bereikt hebben, leggen zij hogere standaarden voor een volgende keer.

Ons valse zelf
Wanneer we intern een systeem opbouwen van perfectionisme, ontwikkelen we een valse zelf. We dragen als het ware een masker waarachter de hoge verwachtingen van anderen en de innerlijke drang om perfect te zijn schuilgaan. Dit zorgt ervoor dat we onder intense innerlijke druk komen te staan. De enige manier om hiervan af te komen is door nederigheid, transparantie en authenticiteit, kortom jezelf te zijn. Jammer genoeg hebben we allemaal de neiging van de eerste mens in Genesis (Gen 3,6-8) om onze tekortkomingen te verbergen. We laten ons masker zien om aan het oordeel van anderen te ontsnappen. Op den duur is dit niet vol te houden en vallen we door de mand.

Onze schaduw
Het concept van de schaduw ontwikkeld door de psycholoog Carl Jung is behulpzaam om onszelf te accepteren als complexe mensen met goede en slechte eigenschappen. Sommige christenen menen dat zij door het doopsel, de bekering of de wijding plotseling totaal nieuwe mensen zijn geworden. Het kan soms verwarrend zijn wanneer ze ontdekken dat ze ook na een bekering nog een donkere kant hebben in zichzelf. Met het concept van de schaduw wil Jung ons laten zien dat er elementen in onze persoonlijkheid zijn die we liever verbergen voor anderen en vooral voor onszelf.

We moeten onszelf accepteren zoals we zijn, met onze imperfecties, anders vindt onze schaduw ongezonde manieren om zich te uiten. De schaduw is te vergelijken met een slapende vulkaan die kan losbarsten op heel onverwachte momenten als hij maar een juiste prikkel krijgt. Er zijn diep verborgen impulsen die wij onderdrukt of ontkend hebben, maar die plotseling destructief kunnen losbarsten. Alleen een gezond emotioneel zelfbewustzijn kan de schaduw ontdekken en die reguleren en in toom houden.

Tot besluit
We werken voortdurend aan ons IQ, maar ons EQ is even belangrijk. Emotioneel zelfbewustzijn is absoluut niet alleen nodig om te weten hoe met onze emoties om te gaan, maar ook met die van anderen. Door ons emotionele zelfbewustzijn te vergroten, kunnen we beter onze sterke en zwakke kanten kennen en kunnen we onze motieven zuiveren om op een harmonieuze wijze anderen te dienen. Dit proces vraagt nederigheid en moed. In de liturgie van de voetwassing wordt dit zonder woorden duidelijk gemaakt. Jezus wast ons de voeten en geeft ons de opdracht dit voor elkaar te doen.

Bron: John Lee et.al. Emotional Intelligence for Religious Leaders; 2018.

OMHOOG Jaargang 64, editie 14, 12 april 2020



Categorieën:BISDOM

Tags: , , , , , , ,

Plaats een reactie