Nadirah Baldewsingh –
Op de bezinningsdag van de misdienaars op zondag 24 november jl. werden de misdienaars voorbereid op de adventstijd. Pater Kumar gaf een rondleiding in de kerk en ging in op de kernpunten van een eucharistieviering zoals het bijwonen van de dienst, het binnenkomen in de kerk, het meevieren van de diesnt en het vertrek uit de kerk. De viering bestaat uit vier delen: intrede, woorddienst, tafeldienst en slotdienst.
Intrede en woorddienst
Wanneer je de kerk binnenkomt, teken je eerst jezelf met het kruis met het zegenwater uit het wijwatervaatje bij de deur. Voor je plaatsneemt maak je een buiging of een kruisteken richting het tabernakel. De Heer is aanwezig, het godslampje blijft daarom dag en nacht aan. Blijf stil in gebed tot de dienst begint. Wanneer je de bel van de sacristie hoort, is dat een teken dat de dienst begint. Het intredelied wordt aangekondigd en gezongen. De pater loopt in processie met de misdienaars naar voren. Hierna komt de begroeting en het welkomstwoord van de pater. Dan volgt de schuldbelijdenis en het openingsgebed.
Hierna volgt de dienst van het woord. De lector leest de eerste en tweede lezing met een tussenzang door een cantor. Het evangelie en de preek worden verzorgd door de pater. Met de geloofsbelijdenis en de voorbeden eindigt de woorddienst.
Tafeldienst en slotdienst
Met de offerande begint de tafeldienst. Er wordt collecte gehouden en de gave wordt aangebracht. Er volgt een gebed over de gave. De pater vervolgt met het eucharistisch gebed, de communieritus met het Onze Vader. Hierna volgt de vredewens en dan de voorbereiding op het ontvangen de heilige communie. De slotdienst vangt aan wanneer de lector het communielied aankondigt. De pater bidt daarna het communiegebed. Als er mededelingen zijn, worden die hierna gedaan. Tot slot volgt de zegen en zending door de pater. Bij het naar buiten gaan aan het einde van de dienst, doen we dezelfde handelingen als bij het binnenkomen.
Bij de rondleiding werd ook uitleg gegeven over het ingaan van een nieuw kerkelijk jaar. Wij kennen drie kerkelijke jaarcyclussen: cyclus A, cyclus B en cyclus C. Wij gaan in het kerkelijke jaar A. Ook werd ons uitleg gegeven op welke wijze wij ons zullen voorbereiden in deze adventstijd op de komst van Jezus. Naar aanleiding van het thema van deze bezinningsdag zijn enkele jongeren op zondag 1 december met de werkgroep zieken- en bejaardenzorg meegegaan voor thuiscommunie.
OMHOOG Jaargang 63, editie 46, 22 december 2019

Categorieën:geloof en leven, verslag
Geef een reactie