Door pater Martin Noordermeer o.m.i.
Al sinds mensenheugenis viert de kerk op 15 augustus het feest van Maria Tenhemelopneming. Hiervan werd reeds in 582 melding gemaakt. We mogen zeggen dat het feest van Maria Tenhemelopneming het grootste Mariafeest is en zeker het oudste! Om het een beetje uit te leggen wil ik graag drie data in herinnering roepen om dit Mariafeest te plaatsen in een historische context.
In het jaar 431 in Ephese
Op deze grote kerkvergadering die in Ephese gehouden werd, werd Maria voorgehouden als MOEDER DES HEREN, in het Grieks Theòtokos, Zij-die-God-heeft-gebaard. In het begin van het christendom waren er verschillende meningen, geloofsovertuigingen gangbaar die niet helemaal overeenkwamen met de leer van de Kerk. Uiteraard is de leer van de Kerk ook langzaamaan gegroeid, verklaard en vastgelegd door o.a. dogma’s. Zo verklaarde Nestorius, bisschop van Constantinopel, dat Maria de Moeder van de historische Jezus van Nazareth was, de menselijke Jezus dus, en niet de Moeder van de goddelijke Jezus. Dat zou volgens zijn opvattingen niet mogelijk zijn.
Dit bracht veel verwarring teweeg en daarom werd er een concilie gehouden, het derde in de geschiedenis van de Kerk. Het eerste concilie was in Jeruzalem, door Jacobus bijeengeroepen rond 59 of 60 aan het begin van onze jaartelling. Het tweede concilie werd in 325 in Nicea bijeengeroepen door keizer Constantijn en het derde het concilie van Ephese. Een concilie is een bijeenkomst van alle bisschoppen en kerkgeleerden om een probleem te bespreken en een besluit te nemen dat alle verwarring moet wegnemen, dat aan iedereen wordt voorgehouden en dat men moet geloven.
Het derde concilie dat in 431 in Ephese gehouden werd, verklaarde dat Maria zowel de moeder is van de historische Jezus zoals die geleefd heeft in Nazareth, geleden heeft en is gestorven, maar Maria is ook de moeder van de Zoon van God. Daar had men een mooi Grieks woord voor uitgevonden: Theòtokos, Zij-die-God-heeft-gebaard. Nestorius werd door het concilie als bisschop afgezet en als ketter beschouwd, omdat hij dit geloofspunt niet wilde aannemen en Maria alleen beschouwde als moeder van de menselijke Jezus.

1854: Dogmaverklaring door paus Pius IX
Hier wordt ons voorgehouden dat Maria vanaf het moment van Haar ontvangenis in de schoot van haar moeder ONBEVLEKT is ONTVANGEN. Paus Pius IX verklaarde dat Maria vanaf het moment dat Zij ontvangen is in de schoot van haar moeder, de H. Anna, door een bijzondere wilsbeschikking van God gevrijwaard is van alle zonden. Dit feest vieren we in onze Kerk op 8 december, MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS en precies 9 maanden later, 8 september, vieren wij de geboorte van Maria. Zij is de enige van alle schepselen die zonder zonde is ontvangen, zoals God dat voor ogen had voor alle mensen. Hoewel niet alle bisschoppen hierover eenstemmig advies uitbrachten aan de paus is toch het dogma uitgeroepen op 8 december 1854. Hierbij moeten wij opmerken dat 4 jaar later in 1858 Maria in Lourdes verscheen en na aandringen van de pastoor van Lourdes moest Bernadette aan die ‘schone dame’ vragen wat haar naam is: op 25 maart maakte die ‘schone dame’ zich bekend in de taal van de streek, het Bigourdan: ”Que soy era L’Immaculada Councepciou”, ik ben de Onbevlekte Ontvangenis”. Het is alsof de hemel zelf komt bevestigen wat vier jaar daarvoor door paus Pius IX als dogma is uitgeroepen dat het ook waar is. Maria komt in Lourdes bevestigen dat Zij vanaf het moment van Haar ontvangenis vrij is van alle zonden en smet.

1950: Dogmaverklaring door Paus Pius XII
Over het overlijden van Maria of het ‘met ziel en lichaam opgenomen worden in de hemel’ vinden wij niets in de Bijbel. Het wordt algemeen aangenomen dat Johannes Maria bij zich genomen heeft en voor haar heeft gezorgd, zoals Jezus op het kruis zei: “Zoon, zie daar uw Moeder!” Het wordt algemeen aangenomen dat Maria en Johannes naar Ephese zijn getrokken. Daar bevindt zich ook volgens zeer oude overlevering het huisje van Maria, waar zij met Johannes heeft geleefd. Er is in Ephese wel een graftombe van Johannes in de vroegere basiliek aldaar. Maar niet in Jeruzalem noch in Ephese is er sprake geweest van een graf van Maria, omdat vrij algemeen wordt aangenomen dat Maria niet is gestorven, maar ontslapen en door Haar Zoon in de hemel is opgenomen. Het is eigenlijk een natuurlijk gevolg van het dogma van de ONBEVLEKTE ONTVANGENIS. Zij die de erfzonde niet heeft gekend, heeft dus ook niet de gevolgen ervan ondervonden en het allereerste gevolg van de erfzonde is de dood.
Tijdens het 4e concilie van Chalcedon in 451, toen de bisschoppen uit heel het Middelandse Zeegebied bijeenkwamen in Constantinopel, vroeg keizer Marcianus aan de patriarch van Jeruzalem om de relieken van Maria over te brengen naar Constantinopel, opdat zij in een schrijn konden worden opgeborgen in de hoofdstad. De patriarch deelde de keizer mee dat er geen relieken van Maria in Jeruzalem waren, dat ‘Maria in het bijzijn van de apostelen was gestorven’. Het graf dat later werd geopend, bleek leeg te zijn, waardoor de apostelen concludeerden dat Haar lichaam in de hemel was opgenomen.
OMHOOG Jaargang 63, editie 31, 18 augustus 2019
Categorieën:geloof en leven
Geef een reactie