Veertigdagentijd

Door Martin Noordermeer omi –

Veertigdagentijd werd vroeger vastentijd genoemd. Deze naamsverandering is vooral gekomen omdat de vastentijd 40 dagen duurt, zes volle weken van zes dagen, de zondagen niet meegerekend. Om aan veertig dagen te komen, is men vier dagen gaan terugtellen en zo op woensdag uitgekomen. Omdat op die woensdag de veertigdagentijd begint met een askruisje is die woensdag Aswoensdag gaan heten. Voor Aswoensdag is het carnaval, volgens een oude gewoonte van zondag tot aan dinsdagavond, de vastenavond.

Verplichting
In vervlogen jaren werd de aandacht in de vastentijd vooral gelegd op het vasten zelf, het zich iets ontzeggen in de vorm van eten zoals onze moslimbroeders kennen gedurende hun vastenmaand, de Ramadan: niets eten van zonsopgang tot zonsondergang. Vasten is in iedere godsdienst een van de fundamenten waarop de godsdienst zich baseert.
Pius XII, die van 1939 tot 1958 paus was, heeft voor de katholieke kerk in 1953 hierin verandering gebracht. Hij heeft het vasten niet afgeschaft, maar alleen de verplichting tot vasten: niemand is meer verplicht. Men moet niet, maar men mag vasten! Een enorme verandering ten goede in de katholieke kerk.
Het wordt nu aan iedere mens overgelaten wat hij in de vastentijd doet. Alleen is het min of meer verplicht om echt te vasten op Aswoensdag en Goede Vrijdag, zoals dat vroeger gewoon was. Ook voor onze katholieke kerk is het vasten een van de fundamenten van het geloof.

God, onszelf en onze naaste
Op die eerste dag van de vastentijd, op Aswoensdag, horen we Jezus spreken over VASTEN, BIDDEN en AALMOES GEVEN als uitdrukking van onze religieuze gevoelens. (Mt. 6/11-18) Maar dan moeten we het doen vanuit onze diepste gevoelens en dan ook nog omdat God ons het aanraadt als middel om te groeien in ons geloof in God.
In het BIDDEN brengen wij onze persoonlijke relatie met GOD tot uitdrukking. Doe het in het geheim, in het verborgene, op uw kamer en sluit de deur. Doe het niet om gezien te worden door de naaste, maar om God. God zal U zeker belonen. (Mt. 6,5-15)
In het AALMOES GEVEN brengen wij onze relatie met ONZE NAASTE tot uitdrukking. Wat hebben wij over voor onze naaste? Dat mag men best tot uitdrukking brengen, maar niet zo dat de mensen het zien. Jezus zegt zelfs: Laat uw linkerhand niet weten wat uw rechterhand doet. God zal u zeker belonen. (Mt. 6,1-4)
In het VASTEN brengen wij onze innerlijke relatie met ONSZELF tot uitdrukking. Wat kunnen wijzelf opbrengen, wat kunnen wij ons ontzeggen? Gaan wij iets minder eten om af te vallen of omdat wij iets kunnen opbrengen om godsdienstige redenen? Omdat de Kerk het ons vraagt? En… dan ook nog in het geheim? God zal u zeker belonen. (Mt. 6,16-18)

Raadgevingen
Het drie keer terugkerende ‘God zal u zeker belonen’ in de bergrede van Jezus onderstreept het belang van deze drie fundamenten van ons geloof. In ons leven gaat het om God, onze naaste en ook om onszelf. Die driehoeksverhouding moet in evenwicht zijn met elkaar. Het gaat symbolisch over het kruis van Jezus: bidden is de VERTICALE lijn van de mens naar God en in symbool de verticale balk van het kruis. Het aalmoes geven is de horizontale lijn van de mens tot zijn medemens en wordt gesymboliseerd in de HORIZONTALE dwarsbalk van het kruis waarop Jezus omhoog geheven zal worden en in Zijn uitgestrekte armen a.h.w. de hele mensheid wil omarmen.
Het vasten zoals dat vroeger gevraagd werd, is erg afgenomen: we doen het zo weinig meer. Het moet nu niet meer, het mag nu… Maar diegenen die nu nog echt vasten uit godsdienstige overweging zullen – denk ik – meer profijt hebben op godsdienstig gebied; God zal hen zeker belonen, zoals we het gehoord hebben. Deze adviezen vinden we in de bergrede. Het zijn raadgevingen van Jezus aan Zijn toehoorders in die tijd, maar ook voor ons die deze raadgevingen lezen of beluisteren anno 2022. Ze zijn voor ons van net zoveel waarde als voor diegenen voor wie Jezus die woorden heeft uitgesproken. Ze blijven actueel.

Het getal 40
De veertigdagentijd bereidt ons voor op het naderende paasfeest. Het getal 40 is een heilig getal. In de joodse, christelijke en islamitische traditie heeft 40 een speciale betekenis. In de Bijbel komt het getal 40 heel vaak voor: 40 roept op tot voorbereiding… verwachting… vasten… boetedoening… bezinning…
Enige voorbeelden uit het Oude en Nieuwe Testament
Oude Testament: Aan het einde van de zondvloed moest Noach nog 40 dagen en 40 nachten wachten in de ark tot hij en zijn familie eruit konden… (Gen. 8,6.) De Israëlieten trokken 40 jaren door de woestijn om het Beloofde Land binnen te gaan (Ex. 14,29-vv.) De Filistijnse reus Goliath tartte het joodse volk 40 dagen lang totdat de kleine David hem versloeg… (I Sam. 17,16.) De profeet Elia ging door de kracht van de spijs die de engel hem gaf 40 dagen en 40 nachten tot aan de berg Horeb… (I Kon. 19,8.) De profeet Jona preekte in Ninivé dat de stad over 40 dagen verwoest zou worden… (Jona, 3,4.)
Nieuwe Testament: Jezus ging 40 dagen en 40 nachten de woestijn in om door de duivel bekoord te worden alvorens Zijn zending te beginnen… (Lc. 4,1-13) 40 dagen lang verscheen Jezus aan Zijn leerlingen en sprak met hen over het Koninkrijk Gods (Hand. 1/3) Toen de 40 dagen voorbij waren, brachten ze hun kind naar de tempel zoals geschreven staat in de wet van Mozes… (Lc. 2/21.)

Gezegende tijd
Er is in de Bijbelteksten genoeg te vinden waarin 40 als getal een heel bijzondere functie heeft en aan de gebeurtenis een speciale betekenis geeft. Zo gaan ook wij, Gods volk, 40 dagen lang ons voorbereiden op Pasen. Het zijn echt 40 dagen: 6 weken van 6 dagen (want voor het vasten telt de zondag niet mee). We beginnen op Aswoensdag met het askruisje op ons voorhoofd getekend.
De as is afkomstig van verbrande palmtakken die vorig jaar gebruikt zijn op Palmzondag ‘om Jezus Christus toe te wuiven als Hij Jerusalem binnentrekt’. Dit askruisje wil een teken zijn van vergankelijkheid, sterfelijkheid: ‘Gedenk o mens, dat ge stof zijt en tot stof zult wederkeren’, woorden uit de liturgie van Aswoensdag. Zo treden wij dan binnen in de gezegende vastentijd, een tijd, zinvol, beladen met traditie. 40 dagen op weg naar Pasen. Laat het voor eenieder een gezegende tijd worden.

OMHOOG Jaargang 66, editie 09, 6 maart 2022



Categorieën:geloof en leven

Tags: , ,

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: