Achtergrond van de eerste lezing (Jona 3: 1-5. 10)
Het verhaal van Jona heeft een grote innerlijke kracht. Het vertelt over de profeet Jona die een weerzin heeft tegen zijn roeping, want God wilt hem zenden tot Ninive, de hoofdstad van het Assyrische Rijk dat met machtige legers vele volkeren in het Midden-Oosten had onderworpen, geplunderd en uitgebuit. Jona wilt voor de mensen van Ninive geen bekering en vergeving, hij koestert een sterke wrok en afkeer tegen hen. Hieruit blijkt dat hij nog veel zal moeten leren om Gods liefde en erbarmen te kunnen begrijpen en navolgen. Zo is dit een verhaal rond het thema bekering en levensverandering, maar dan niet alleen voor de mensen van Ninive maar ook voor Jona zelf.
Eerste lezing: Jona 3: 1-5. 10
De Ninivieten bekeerden zich van hun slecht gedrag. Het woord des Heren werd gericht tot Jona: “Begeef u op weg naar Ninivé, de grote stad, en verkondig haar de boodschap die Ik u zal ingeven.” En Jona begaf zich op weg naar Ninivé zoals de Heer hem bevolen had. Ninivé nu was een geweldig grote stad, wel drie dagreizen groot. En Jona begon de stad binnen te trekken, een dagreis ver en hij preekte als volgt: “Nog veertig dagen en Ninivé zal vergaan !” De mensen van Ninivé geloofden het woord van God; ze riepen een vasten af en van groot tot klein deden allen het boetekleed aan. En God zag wat ze deden en hoe ze zich van hun slecht gedrag bekeerden. En Hij kreeg spijt dat Hij hun met de ondergang gedreigd had en Hij voerde zijn dreiging niet uit.
Tussenzang: Psalm 25
Refrein: DE WEGEN VAN GOD ZIJN GOED EN BETROUWBAAR
VOOR IEDER DIE ZIJN VERBOND ONDERHOUDT.
- Wijs mij Uw wegen, Heer,
Leer mij Uw paden kennen.
Leid mij volgens Uw Woord
want Gij zijt mijn God en Verlosser. - Gedenk Uw barmhartigheid, Heer,
Uw altijd geschonken ontferming.
Herinner U niet het kwaad van mijn jeugd,
maar denk aan mij met erbarmen. - De Heer is goed en rechtschapen,
daarom wijst Hij zondaars de weg.
Hij leidt de geringe langs eerzame paden,
Hij leert de eenvoudige wat hij moet doen.
Achtergrond van de tweede lezing (1 Korintiërs 7: 29-31)
Paulus heeft in Christus een andere, een goddelijke liefde leren kennen die hem het eerst had liefgehad, hem heeft ontrukt aan zonde en dood. Christus heeft zich voor hem overgeleverd en hem, onverdiend, deelgenoot gemaakt aan iets geheel nieuws. In dit licht roept Paulus zijn medechristenen op om ten opzichte van de wereld met al wat zij is, nooit Gods plannen en de verlossing in Christus onze Heer, te vergeten.
Tweede lezing: 1 Korintiërs 7: 29-31
Broeders en zusters, De tijd is kort geworden. Laten daarom zij die een vrouw hebben zijn als hadden zij ze niet; zij die wenen als weenden zij niet; zij die zich verheugden als waren zij niet verheugd zij die kopen als werden zij geen eigenaar. Kortom zij die met het aardse omgaan moeten er niet in opgaan want de wereld die wij zien gaat voorbij.
Achtergrond van de evangelielezing: (Marcus 1: 14-20)
Marcus is heel beknopt in de wijze waarop hij de roeping van de eerste vier apostelen beschrijft. Hij focust op de kern van Jezus’ verkondiging en op de radicale keuze waartoe Hij de eerste apostelen roept. Het lijkt in eerste instantie vreemd: Jezus loopt langs en zegt: “Komt, volgt Mij”, en ze laten alles achter om Hem te volgen. Maar met de beknopte inleiding “Nadat Johannes was gevangen genomen, ging Jezus naar Gaililea” verwijst Marcus naar die tijd bij Johannes de Doper, waar Jezus niet alleen zich liet dopen, maar ook Johannes en Andreas leerde kennen en zij Hem. Deze eerste vriendschap leidt echter tot een cruciale keuze om Jezus’ zending en visie te gaan delen. Dit behoort ook voor elk van ons een wezenlijk deel te zijn van ons Christenzijn.
Evangelie: Marcus 1: 14-20
Nadat Johannes was gevangen genomen ging Jezus naar Galilea en verkondigde er Gods Blijde Boodschap. Hij zei: “De tijd is vervuld en het Rijk Gods is nabij; bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap.” Toen Jezus eens langs het meer van Galilea liep zag Hij Simon en de broer van Simon, Andreas, terwijl zij bezig waren het net uit te werpen in het meer; zij waren namelijk vissers. Jezus sprak tot hen: “Komt, volgt Mij; Ik zal maken dat gij vissers van mensen wordt.” Terstond lieten zij hun netten in de steek en volgden Hem. Iets verder gaande zag Hij Jakobus, de zoon van Zebedeus, en diens broer Johannes; ook zij waren in de boot bezig met hun netten klaar te maken. Onmiddellijk riep Hij hen. Zij lieten hun vader Zebedeus met de dagloners in de boot achter en volgden Hem.
Overweging
Bij het lezen van hoe Jezus begonnen is met Zijn levenswerk waartoe de Vader Hem gezonden had, moet ik denken aan die inspirerende woorden waar Barack Obama altijd voor herinnerd zal worden: “Yes we can!” Woorden die veel mensen in beweging hebben gebracht. Woorden die mensen inspireerden tot vertrouwen in wat er mogelijk wordt als mensen in oprechtheid samen gaan werken, elkaar bevestigen, elkaar met respect behandelen en tezamen geloof hebben in de kracht van liefde. “Yes, we can!”
Toen Jezus begon, zocht Hij niet een een aantal geleerden van Jeruzalem, maar koos hij vier vissers. Twee van ze, Johannes en Andreas, had Jezus leren kennen toen Hij bij Johannes de Doper was geweest. En nu Jezus terug was bij het meer, had Hij het contact met Johannes en Andreas voortgezet in hun vissersdorp Kafarnaum. En dan op een dag vraagt Jezus hun dan recht op de man af: “Komt, en volgt Mij”. En zij, tesamen met hun broers Simon Petrus en Jakobus, laten alles wat hun vertrouwd was, achter om Jezus te volgen.
Jezus kiest als Zijn eerste volgelingen, Zijn eerste apostelen, deze vissers, die absoluut geen geleerden waren, misschien ook niet in alles altijd helemaal braaf geweest. Maar vissers waren wel mensen die heel dicht bij de werkelijkheid stonden, mensen die midden in de natuur stonden. Geregeld hadden ze pech, en waren dan de hele nacht op het water geweest, wachtend in hun boot op vis in hun netten, echter zonder iets te vangen. Maar ze hadden geleerd toch door te gaan, in de hoop en in het vertrouwen dat het een volgende keer wel zou lukken.
Daarom waren zij in de ogen van Jezus geschikte kandidaten geweest om Hem te helpen en Zijn werk voort te zetten. Jezus zelf stond namelijk ook heel dicht bij het gewone leven. Zijn preken waren niet hoogdravend maar heel concreet, genomen vanuit gebeurtenissen en situaties uit het dagelijkse bestaan van de gewone mensen, van vissers en boeren.
“De tijd is vervuld, het Rijk Gods is nabij, bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap”. Dat had Jezus verkondigd. Dat wil zeggen: vertrouwen hebben dat er veel goeds kan gebeuren wanneer mensen samen werken, wetende dat Gods liefde niet kijkt naar huidskleur of afkomst, maar nieuwe dingen, nieuwe wegen mogelijk maakt. Jezus inspireert tot een soortgelijk vertouwen als dat “Yes. we can”. Ja, we kunnen veel, want God blijft steeds weer dicht bij het leven staan, en wanneer we ons los kunnen maken van de gehechtheid aan geld en status, en de roep leren verstaan van het diepst van ons wezen, dan groeit er iets dat met Gods liefde van doen heeft. Dan breekt er een kracht door die mensen aanzet tot solidariteit met anderen, tot goedheid in de hele kleine concrete situaties van hun bestaan. Dan wordt liefde een kracht die heel sterk blijkt te zijn en die de tegenkracht van het kwaad, van de hebzucht en het duister uitdaagt en overwint door het geheim van het kruis. Het kruis is die goddelijke liefde die zichzelf geheel wegschenkt. Het kruis is de liefde die tenonder lijkt te gaan, maar het is niet tenonder gegaan. In het kruis heeft Gods liefde juist overwonnen, en breekt de nieuwe schepping door van de verrijzenis, die zegt: “Yes, we can”.
Dit is wat Paulus ook zei in de tweede lezing. Hij zei dat de wereld, met haar vele materiële dingen uiteindelijk voorbij zal gaan. Dat een te grote gehechtheid aan materiële dingen, ertoe kan leiden dat onze innerlijke visie, onze liefde, en onze geraaktheid kan gaan afstompen. Ons kan doen afdrijven van dat wat we voelen wanneer Jezus op Zijn manier zegt: “Yes, we can”. En daarom vraagt Paulus om die diepe gelovige visie te laten doorwerken in hoe je jezelf ziet in verhouding tot de wereld. Hij denkt daarbij natuurlijk aan bijvoorbeeld Jezus’ woorden: “Wees wel in de wereld, maar niet van de wereld”. Met andere woorden: wees anders, blijf niet passief aan de kant staan als we dingen in de samenleving signaleren die niet goed zijn, maar blijf kijken of we er iets aan kunnen doen, blijf je laten leiden door het vaak onverwachte van de liefde. En we kunnen veel meer dan we vaak denken, omdat we deel zijn van die kracht van het Rijk Gods.
Bij Jona wordt ons weer zo’n voorbeeld gegeven van een mens die eerste instantie helemaal niet een mensenvisser wilde zijn, helemaal geen zin had in Gods plannen. Hij haatte de mensen van Ninive, hun manier van leven: alles van hen stond hem tegen. De mensen van Ninive hadden met hun militaire macht vele omringende volkeren uitgebuit en onderdrukt. Dat wist iedereen, en dat wist Jona ook. Hij wilde voor hen geen bekering, en ook geen nieuwe kans of vergeving. Hij wilde liever dat die mensen van Ninive eens zelf de ellende zouden ervaren die ze anderen hadden aangedaan en dat God hen stevig zou straffen.
Er zit ook in elk van ons iets van Jona, maar ook iets van die eerste apostelen. Er zit in ons Iets van Jona’s ‘nee ik wil niet; nee ik heb het te druk; ik ben daar niet goed in; dat kan ik helemaal niet; laat me met rust’. En toch zit er ook in ons iets dat geraakt wordt wanneer we die inspirerende kracht zien van Gods liefde die mensen hoop brengt, in beweging zet en grenzen doet overschrijden. “Yes, we can” zegt de Heer tegen ons. Laten wij zijn stem overnemen en versterken. Laten ook wij op onze manier mensenvissers zijn, dat wil zeggen mensen zijn die met Christus meebouwen aan Gods Rijk van liefde, Zijn Rijk dat nabij is, zegt Hij. Laten wij in de kracht, in de troost en in de belofte van Zijn liefde blijven geloven en steeds met Hem weer leren zeggen: “Yes, we can!”
Categorieën:geloof en leven
Prachtig!!!
Op deze manier kan ik de bijbel beter begrijpen en volgen.
Prijs de Here!!!
He can make every thing beautyfull.
Een gezegend weekend mijn Surinaamse familie.
Groetjes en brasa’s ,
Orsine Joesman
LikeLike