Kastje met drie kelkjes
Een dezer dagen was ik bij de kerk aan de Mahonielaan, de Driekoningen. Ze spreken ook wel van de Rajpurkerk. De deur stond open en ik was nieuwsgierig, want ik ben daar ooit eens een heel jaar lang verantwoordelijk geweest om Pater Gerard te vervangen tijdens zijn ziekte en ik heb dat een hele mooie tijd gevonden!
Ik zag vooraan in de kerk iets bijzonders dat er in mijn tijd niet was. Ik zag tussen de doopvont en het tabernakel een kastje hangen tegen de muur met daarin drie gouden kelkjes. Ik vroeg me af: “Wat is dat? Drie kelkjes met geconscreerde hosties? Daarvoor is toch het tabernakel!” Zoals Mozes het brandend braambos naderde om duidelijker te zien wat daar gebeurde, zo ging ik ook naar voren om het bijzondere van dichtbij te bekijken. Ik zag daar een kastje met daarin drie gouden kelkjes met daarin de oliën die wij in de RK Kerk gebruiken. Ik vond dat zo origineel. De drie oliën, zo mooi uitgestald voor allen die naar de kerk komen. Wie vertelt over de oliën aan onze mensen? Waar blijven onze oliën die wij in de Goede week krijgen? Ergens ver weggestopt in een kast? Kijk, dit vind ik een soort katechese.
Heilige Oliën
Hierover schreef Pater Jan Verboogen, de parochiepriester, het volgende:
Bij de 7 sacramenten maakt onze Kerk gebruik van drie soorten olie, die door de bisschop worden gewijd tijdens de jaarlijkse Oliewijding, meestal op de woensdag vóór Witte Donderdag. Na deze dienst worden deze oliën in flesjes meegegeven aan de parochies om daar te worden gebruikt bij diverse gelegenheden. Al naargelang plaatselijke behoefte en gewoonte, worden de oliën bewaard in speciale daarvoor gemaakte olievaatjes. Overgebleven heilige Olie van het voorbije jaar mag niet als oud vuil worden weggegooid of doorgegeven aan gelijk wie, maar wordt, in watten gedrenkt, verbrand. Bij ons gebeurde dit in het paasvuur in de Paaswake.
Meestal dragen de 3 vaatjes een opschrift waaruit moet blijken, welke soort olie in het betreffende vaatje wordt bewaard. Zo is er een “kelkje” met het opschrift SC (of CHR). Dit verwijst naar SANCTUM CHRISMA. Deze olie wordt gebruikt bij het Doopsel, Vormsel en diaken/priesterwijding. Ook wordt deze olie gebruikt bij het consacreren van het hoofdaltaar in onze kerken. Vervolgens hebben we een vaatje met het opschrift O.I..Dit staat voor OLEUM INFIRMORUM. Deze olie wordt gebruikt bij de zalving van de zieken. En dan is er nog het vaatje met OC wat staat voor OLEUM CATECHUMENORUM. Daarin wordt bewaard de olie voor de geloofsleerlingen (catechumenen), die zich voorbereiden op de doop of opname in de kerk.
In de parochie Noord kregen we enige tijd geleden van mensen uit België drie fraaie olievaatjes als geschenk. We vonden het jammer om deze vaatjes ergens in een verborgen kastje of lade te bewaren. Waarom ze niet in een kastje plaatsen en dan zichtbaar voor iedereen? Het idee hiervoor deden we op in een kerk in Beieren (Duitsland). Zo kwamen de drie vaatjes in een mooi kastje te staan met een doorzichtig deurtje, in onze kerk vlakbij de doopvont als plaats waar de heilige Oliën het meest worden gebruikt. Onze dank aan de schenkers van de olievaatjes en de maker van het kastje.
Als ik pastoor zou zijn in een parochiekerk of meerdere kerken, zou ik dit initiatief direct overnemen. Ik vind het een geweldig idee. Voor de pastores uit ons bisdom heb ik een foto geplaatst in OMHOOG –hoop ik- van het KASTJE en de plaats in het geheel van het priesterkoor. Wie weet kan het iemand inspireren tot navolging.
Pater Martin Noordermeer
Jaargang 61, editie 43, 19 november 2017
Categorieën:geloof en leven, liturgie, parochieberichten
Geef een reactie