‘Hoop stelt niet teleur!’

Maandag 23 september 2024 is een eucharistieviering gehouden in de Kathedrale Basiliek ter bemoediging voor alle leerkrachten van het RKBO met als vertrekpunt een nieuw schooljaar. Monseigneur Choennie besprak het thema ‘hoop stelt niet teleur’, gehaald uit Romeinen 5:1-5.

Romeinen 5:1-5
Gerechtvaardigd door het geloof,
leven wij in vrede met God door Jezus Christus onze Heer.
Hij is het, die ons door het geloof de toegang heeft ontsloten
tot die genade waarin wij staan:
door hem ook mogen wij ons beroemen op onze hoop op de heerlijkheid Gods.
Meer nog, wij zijn zelfs trots op onze beproevingen,
in het besef dat verdrukking leidt tot volharding,
volharing tot beproefde deugd, en deze weer tot hoop.
En de hoop wordt niet teleurgesteld,
want Gods liefde is in ons hart uitgestort door de Heilige Geest die ons werd geschonken.

Exodus professionals
Mgr. Choennie citeert een deel van een hartverscheurend artikel uit de Parbode van augustus over de uittocht van Surinaamse zorgprofessionals en trekt de vergelijking met leerkrachten binnen het onderwijs. ‘Ook in het onderwijs zagen we het afgelopen jaar minstens 35 van onze beste leerkrachten naar het buitenland vertrekken, waar het gras altijd groener lijkt te zijn dan het in werkelijkheid is.’ De grote aantrekkingskracht van de gezondheidszorg op Aruba heeft, volgens het artikel in de Parbode, niet alleen als nadeel dat kader wegtrekt, maar eveneens dat gezinnen ontwricht worden. Hij weidt kort uit over een verpleegkundige die na een relatie van 35 jaar, met een fijn gezin, door een familielid wordt benaderd naar Aruba te komen om er te wonen en te werken. Het verhaal kent een traumatisch einde: de vrouw keert niet terug. Zij blijft op Aruba, ontmoet een andere man die meer geld in het laatje brengt dan haar eigen partner, raakt zelfs in verwachting en beëindigt haar relatie van 35 jaar.  Haar man is ten einde raad, maar het leven gaat uiteindelijk door. Niks aan te doen! Zo eindigt het artikel.

Monseigneur Choennie vraagt zich af of er werkelijk niks aan te doen valt. Zullen de beproevingen die wij nu doorstaan ons allemaal uiteindelijk laten berusten in het vermeende feit dat het leven geen zin heeft? Betekent dit dan dat wij niet langer moeite hoeven te doen om kinderen de liefde voor het leren bij te brengen? Hij vraagt hardop of de leerkracht misschien zelf al heeft overwogen, overweegt of in het komende jaar zal overwegen uit ons land weg te trekken in de overtuiging dat de situatie in Suriname toch niet zal verbeteren. Hij stelt de boodschap van vandaag ‘hoop stelt niet teleur’ juist aan deze leerkrachten te richten. 

Hoop
Hoop is geen wens! Hoop is een van de drie goddelijke deugden die we bij onze doop krijgen: geloof, hoop en liefde. Geloof krijg je om dingen te accepteren die je met je verstand niet kunt begrijpen zoals het eeuwig leven, drievuldigheid of dat God eeuwig is. Wij zijn gerechtvaardigd in dat geloof. Paulus zegt in zijn brief aan de Romeinen dat we ‘staan in de genade’, we leven (als een vis die in het water zwemt) in de genade die God ons geeft door de gave van geloof, hoop en liefde. Door Christus mogen wij ons beroepen op de hoop en deze hoop stelt niet teleur. ‘Meer nog’, zegt Paulus, (en hier kunnen we het hele jaar over nadenken) ‘wij zijn zelfs trots op onze beproevingen.’

In het besef dat verdrukking leidt tot volharding, worden we sterkere mensen met karakter. Volharding leidt tot beproefde deugd dat wil bijvoorbeeld zeggen dat wanneer je aan jouw partner zegt ‘in goede en kwade dagen’ jij dat ook de rest van jouw leven doet. Als je de beproevingen op school, aan je werk, met je partner en kinderen doorstaat met geduld en kracht leidt dit weer tot hoop. Het is een cirkel! Zo stelt hoop nooit teleur.

Ieder krijgt van God de gave van hoop cadeau bij het doopsel. De hoop en het geloof moeten zich gaan uiten in concrete dingen.  Concreet staan wij nu voor de situatie dat onze scholen er ‘belabberd’ uitzien. Het brengt gevoelens als schaamte en frustratie met zich mee.
Monseigneur Choennie deelt een ervaring over zijn eerste kennismaking met een leerling met de diagnose ADHD, waarvan hij vroeger in zijn schooltijd nog nooit had gehoord. Na een halfuur observeren was hij al doodmoe en hij concludeert dat dit ook beproevingen zijn waar een leerkracht heden ten dage voor staat.  Maar overal zijn er beproevingen. Zo ook op Aruba. Neem als voorbeeld de vrouw uit het artikel. Zij is geen Arubaan. Men kan haar de mond snoeren omdat ze niet van Aruba komt en ze zal kunnen worden overgeslagen bij promoties. Vanzelfsprekend kunnen we de situatie proberen te ontvluchten; het bedrijfsleven betaalt beter dan het onderwijs. Daarbij komt het gebrek aan ouderparticipatie, lusteloze, bankhangende kinderen, de lesvoorbereiding, het vele nakijkwerk. Dus liever een kantoorbaan, zeven-even werken?

Een beter mens worden
Een ding is wel zeker. We worden allemaal geboren met een roeping. Het onderwijs is een roeping. Kinderen duidelijk maken dat we, willen we het dierlijke niveau overstijgen, hogere idealen hebben en deze alleen kunnen bereiken door liefde voor wijsheid (filosofie), liefde voor het leren, want dat maakt je tot een beter mens.

Monseigneur Choennie is ervan overtuigd dat wanneer de leerkracht deze tijd zou kunnen zien als een tijd waarin hoop wordt versterkt, liefde wordt vergroot en geloof wordt verdiept, hij of zij een beter mens zal worden. We mogen het dromen over betere, modernere technieken binnen het schoolmilieu niet loslaten, maar Paulus spreekt over de hoop van onze Vaderen: Abraham, Isaak, Jacob. Abraham kreeg de belofte dat zijn geslacht talrijk zou worden (hij is dan 75 jaar en kinderloos), hij land zou bezitten (hij is dan rondtrekkende zonder een eigen plek) en dat alle geslachten van de wereld door hem gezegend zouden worden.  Abraham is ongeveer 2000 jaar BC; 2000 jaar later pas kan Paulus zeggen dat hoop niet teleurstelt, want door Abraham in Christus zijn alle volkeren nu gezegend door God en zijn wij allen verlost en behoren wij allen tot de uitverkorenen.

Hoop
Hoop is niet gebonden aan tijd. Niet aan een week, een maand, een jaar en misschien niet eens het eigen aardse leven. Monseigneur Choennie vertelt over een groep theologen die de volgende spreuk hadden: ‘Misschien zal ik de oogst niet meer zien, maar doe mij geloven in de oogst.’ Hij richt zich tot de leerkrachten en zegt: ‘Misschien zullen jullie de resultaten niet zien van de leerlingen die jullie nu onder je hoede hebben maar bid dat God het geloof geeft dat wat je zaait, wel vruchten zal dragen! Dat je een kind opvoedt dat ons later zal leiden, ons zal vertegenwoordigen in het parlement, in de regering of als president. Je zal een mens hebben gevormd die niet uitsluitend aan zichzelf denkt. Geen geld verbrast aan dure reizen, terwijl er geen geld voor het onderwijs is. Een mens die niet droomt van bruggen, wolkenkrabbers en fly-overs terwijl de school schreeuwt om krijt en toiletpapier. Het antwoord: ‘Eer is niks aan te doen’ mag er bij ons gelovigen niet zijn.

Hoop wordt vaak afgebeeld als een heel klein, vrolijk, huppelend meisje, dat nog groot moet worden, verliefd gaat worden, kinderen mag gaan krijgen en deze nog groot moet zien te brengen. Hoop is altijd klein en onbeduidend als een mosterdzaadje in de parabel van Jezus.

Tot slot
Ter afsluiting geeft monseigneur Choennie een hoopvolle bemoediging aan de leerkrachten mee voor het nieuwe schooljaar. “We gaan een hoopvol jaar tegemoet mét beproevingen. Als u trots bent op de beproevingen, zult u merken dat verdrukking leidt tot volharding, volharding tot beproefde deugd en deze weer tot hoop. U zult zelf een beter mens worden.’



Categorieën:geloof en leven, Overwegingen

Tags: , , ,

Plaats een reactie