Paramaribo – Washabo vice versa (1)

Door Karel Choennie –

De weg wijst zichzelf
Life is not a destination, it is a journey. Ik had deze tekst op een poster in mijn studentenkamer. Later heb ik ervan gemaakt dat het leven niet slechts een bestemming is, maar meer nog een reis. De synodale weg die de kerk is ingeslagen heeft dit niet alleen bevestigd, maar verrijkt en verdiept omdat we onderweg met elkaar in dialoog mogen zijn en luisteren naar de ingevingen van de Heilige Geest. Als bisschop moet dat mijn focus blijven. ‘De weg wijst zichzelf’, had pater Inno Gijsberts eens lang geleden aan mij gezegd toen ik ergens naar toe moest en niet wist hoe ik daar kon komen. Vanaf toen ben ik nooit meer bang geweest voor de toekomst. Je merkt dat het geluk je overvloedig toekomt als je naar je doelen toegaat.

Zigzag
Met vaste hand rijdt de eenentachtigjarige boslandpater Toon zigzag tien uren achtereen driehonderdzestig kilometer naar onze bestemming Washabo. Zigzag rijden moet wel om kraters en mul zand te vermijden. Op deze weg wordt het overduidelijk dat er na regen geen zonneschijn volgt maar eerst modder. We maken slechts vier kleine tussenstops in kleine mysterieuze zijpaden langs de driehonderd kilometer lange laterietweg die vlak na de afslag naar Matta begint.

Stof
Pater Toon heeft onderweg aan twee kopjes koffie en een krentenbol genoeg. Teveel eten, zegt hij, maakt hem loom en slaperig en dat is niet bevorderlijk achter het stuur. Hij kan het weten want met zijn drieënvijftig dienstjaren is hij nu de langst dienende priester-missionaris in Suriname. Slaperig kun je echter niet worden want je wordt voortdurend als een milkshake door elkaar geschud op deze hobbelige weg. De regens hebben gelukkig ervoor gezorgd dat het fijne bauxietstof niet opwaait en overal onder je huid, in je neus, oren en ogen komt te zitten. Onderweg is er wel stof genoeg om over te praten en na te denken.

Een weg met geschiedenis
Het is aangenaam converseren met pater Toon want hij is van alle markten thuis. Hij weet veel en heeft een sterk geheugen. Hij kent de details van de binnenlandse oorlog die alles heeft vernield dat moeizaam was opgebouwd. Hij kan precies de plek aanwijzen waar wrakstukken liggen van een van de vele drugsvliegtuigen die gemakkelijk op de lange rechte stukken weg kunnen landen.
Ook de dodelijke aanrijding van pater Joop Calis op 27 november 1977 ligt pater Toon nog vers in zijn geheugen. Op deze weg kun je soms uren rijden zonder iemand tegen te komen, maar de ironie wilde dat Joop op de verkeerde weghelft was toen een frontale botsing met een tegenligger hem in de bloei van zijn leven noodlottig werd. Zijn naam wordt steeds met veel eerbied op iedere reis langs deze rode weg genoemd, want hij was werkelijk een pionier die in de voetsporen van pater Ahlbrinck CSsR in1968 de Pater Ahlbrinck Stichting oprichtte en het boslandpastoraat met catechisten nieuw elan en inhoud gaf.
Het woord van God ging samen met gemeenschapsontwikkeling, onderwijs, gezondheidszorg en landbouwvoorlichting. Pater Toon werd speciaal voor de landbouw door Joop aangetrokken, maar hij mocht ook meehelpen om het eerste vliegveld van Washabo aan te leggen. Hij heeft dus een lange en diepe band met de mensen daar.

Tibiti Sabana
Als tiener mocht ik eens met pater Joop Calis op een testvlucht meevliegen naar Washabo. Hij vloog toen in een cirkel met de vleugels schuin om Tibiti Sabana, een plek die hem heilig was. Toon vertelt dat hij daar een kerk had gebouwd verdeeld in drie ruimten. In de eerste kwam je samen voor de schuldbelijdenis, in de tweede voor de dienst van het woord en in de derde vond je de bestemming van de reis door de twee vorige, namelijk de communie en de eenwording met God.

De weg
Door de regens staat het bos er groener en welvarender bij. Maar er is ook een nadeel aan het natte wegdek namelijk slipgevaar. Overwoekerd door het oerwoud kun je toch een enkele verkeersbord ontwarren met de angstaanjagende teksten onder elkaar: ‘Pas op, haarspeldbochten’, ‘Ravijnen’, ‘Slipgevaar’ en meer die ik niet zo snel kon lezen. Ik vertrouw dus helemaal op de rijkunst van pater Toon.
Door de begroeiing zie je de ravijnen niet echt, pas als je erop attent wordt gemaakt. Dan zie je de kruinen van de bomen en weet je dat er daaronder nog een lange stam zit. Gelukkig voor ons zijn er vóór ons voertuigen geweest die bijlen en kettingzagen bij zich hadden. We kwamen immers verschillende omgevallen bomen tegen die dwars over de weg lagen met enkele takken weggekapt zodat er nog net een auto door kan. Bij een enkele kon ik nog ruiken dat de stam en takken niet zo lang geleden waren afgezaagd en opzij geschoven. ‘Ik heb wel een bijl en een houwer bij me’, zegt pater Toon. Dat stemt me toch niet gerust. Stel je voor dat ik ook zou moeten hakken en kappen.
Gelukkig kennen we in de katholieke tradities schietgebedjes die echt wel helpen, want we komen nergens een pas omgevallen boom tegen die we zelf moeten verwijderen. Ik dacht dat mijn schietgebedjes hadden geholpen maar pater Toon ontzenuwt dat met een wijsheid van zijn vader die zei dat een ons geluk beter is dan een kilo verstand.
(Wordt vervolgd)

In de volgende editie zullen we de weg vervolgen tot we aan onze bestemming komen waar wij vierenzestig vormelingen hadden in Washabo en drieëntwintig in Apoera. Dat is veel voor ongeveer drieduizend bewoners van Washabo, Section en Apoera samen.



Categorieën:geloof en leven, verslag

Tags: , , , ,

1 replies

  1. Heel interessant geschreven en prettig om te lezen mgr. Bedankt.

    Like

Plaats een reactie